Webteksten

Goed schrijven

Mensen lezen anders van een scherm dan van papier. Je moet voor het web dus anders schrijven dan in brieven of mails. Ga uit van de gebruiker Internetgebruikers lezen alleen als ze op zoek zijn naar informatie. Daarom zijn we: - concreet - informatief - duidelijk en relevant. Informatie vinden Dit is het zoekproces van de gebruiker: 1. Ik heb een vraag. 2. Ik vind de goede pagina met het antwoord gemakkelijk. 3. Ik heb mijn antwoord gevonden. 4. Ik heb de informatie begrepen. 5. De informatie vind ik betrouwbaar. 6. Ik weet wat ik moet doen. Op een goede website kunnen mensen snel vinden wat ze zoeken. Ze verlaten de site zonder dat ze veel hebben hoeven nadenken. Ken je publiek Effectief schrijven betekent dat je moet weten voor wie je schrijft. We hebben meerdere doelgroepen, dus we schrijven eenvoudig toegankelijk voor iedereen.

Titel De meeste mensen komen binnen op de site via Google. We gebruiken dezelfde taal als de klant, dan kan hij de content vinden. Dit begint al bij je paginatitel, inleiding en eerste alinea. Bedenk wat de titel zegt over het onderwerp in Google search. Goed: ‘Aanvullende beurs: ouderinkomen nodig’ Fout: ‘Ouderinkomen bij DUO doorgeven voor berekening aanvullende beurs’

Voetnoten en verwijzingen We gebruiken geen voetnoten of asterisken, ook niet in documenten. Voetnoten gebruik je niet voor webpagina’s. Ga altijd uit van de gebruiker. Als de informatie in voetnoten belangrijk is, verwerk je die in de tekst. Niet belangrijk? Weglaten.